De geschiedenis van de Australian Open

De Australian Open is een van de meest gerenommeerde tennistoernooien ter wereld, zoals we ook kunnen ervaren op de slotmachines. Het ontstaan van het evenement , dat elk jaar plaats vindt in de maand januari, gaat terug tot 1905. Net als bij alle andere Grand Slam-toernooien, heeft de Australian Open een mannen en vrouwen enkelspel, een mannen en vrouwen dubbel spel en gemengd dubbelspel. Wat bijzonder is aan de Australian Open is dat het het enige Grand Slam-toernooi is met indoor tennisvelden. Sinds het ontstaan groeide de Australian Open in omvang en status. Een piepje in de geschiedenis kan ons helpen meer te weten over wanneer het begon, hoe het aan populariteit won en wanneer het wordt gespeeld.

Het ontstaan van het tennistoernooi

Het ontstaan van de Australian Open gaat terug tot in het begin van de 20e eeuw. Het werd voor het eerst gespeeld in het jaar 1905, op Warehouseman’s Cricket Ground in St Kilda Road. Het toernooi wordt beheerd door Tennis Australia, voorheen bekend als Lawn Tennis Association of Australia (LTAA). Het toernooi werd bekend onder de naam ‘The Australasian Championships’, die in 1927 werd veranderd naar ‘The Australian Championships’, in 1927. Een laatste naamverandering vond plaats in 1969, toen werd het toernooi omgedoopt tot ‘The Australian Open’, zoals we het vandaag nog steeds kennen.

Vanwege de afgelegen geografische ligging van Australië, trok het toernooi in de beginjaren geen buitenlandse spelers aan. Maar dit veranderde in 1946, toen de eerste Amerikaanse Davis Cup-speler per vliegtuig naar Australië vloog. En omwille van de minieme transportmogelijkheden, was het zelfs moeilijk voor binnenlandse spelers om het toernooi te bereiken. Maar dankzij de ontwikkeling in transport, overleefde de Australian Open alle hindernissen en sinds 1960 tot heden kunnen we zeggen dat dit Grand Slam toernooi de tenniswereld domineert met vele Australische topklasse spelers.

Erkende Australische tennissers van weleer

Enkele van de meest erkende Australische tennissers waren Rod Laver, Roy Emerson en Margaret Smith Court. Samen wonnen ze zestien van de mogelijke twintig mannen en vrouwen titels. Vanaf 1969 stond de Australian Open open voor iedereen, met inbegrip van hen die niet het conventionele circuit mochten spelen. Helaas trok de timing van het evenement (direct na Kerstmis en Nieuwjaar) en het lage te winnen bedrag geen topspelers aan. Ondanks het eerdere transportprobleem, de timing en de winprijs, wint het toernooi aan populariteit en gestalte. Simpelweg door de aanwezigheid van talent. Zelfs de ‘Kooyong Lawn Tennis Club’ van Melbourne leek plotseling geen bezoekers meer te hebben, omdat hun leden allemaal werden aangetrokken door de Australian Open. Daarom werd besloten het evenement te verplaatsen naar Flinder’s Park, gelegen naast de Melbourne Cricket Ground enhet bleek de meest ideale plek te zijn. Het kreeg hard-court speelvelden en hierdoor werd het toernooi een populaire keuze van zowel spelers als toeschouwers.

Verandering van gras naar hardcourt

In 1905, het jaar waarin de Australian Open begon, werd het toernooi op gras gespeeld. Dit bleef onveranderd tot 1987. Pas in 1988 werd er overgeschakeld van gras naar hard court. De Australische tennisser Mats Wilander is de enige mannelijke speler die de Australian Open won op zowel gras als hardcourt. Momenteel worden 2 velden gebruikt in het toernooi, namelijk de Rod Laver Arena en Hisense Arena, beiden hebben daken die kunnen afgesloten worden in geval van regen of extreme hitte.

Het plaatsvinden van het toernooi

In de beginjaren van de Australian Open schommelde de timing van het toernooi. In 1919 vond het plaats in januari, maar in 1920 werd het evenement verschoven naar maart. In 1923 werd het toernooi gehouden in Brisbane en vond het plaats in augustus. Sinds 1977 wordt de Australian Open elk jaar gehouden in januari.